Integratiepraktijk (B-ODISEE-OAS37A)

8 studiepuntenNederlands3 urenTweede semesterTweede semester
De Cock Steffi (coördinator) |  Agon Tine |  Cieters Veerle |  De Clerck Stefan |  De Cock Steffi |  De Schryver Kirsten |  Gheyssens Esther |  Heuleu Anneleen |  Jansegers Melissa |  Kesteloot Wim |  Langie Hilde |  Laridaen Charlotte |  Ooms Saar |  Penneman Jürgen |  Saron Miriam |  Van den Broeck Bram |  Van der Haegen Hilde |  Verbrugge Luc |  Verdoodt Diede |  Verhofstadt Nele  | MinderMeer
Kernteam Secundair Onderwijs - Algemene vakken (BA)

De algemene toelatingsvoorwaarden en de dwingende volgtijdelijkheid zijn beschreven in de onderwijs- en examenregeling.
 

Dit opleidingsonderdeel is identiek aan de volgende opleidingsonderdelen:
OAS20A : Integratiepraktijk
OAS46A : Integratiepraktijk
OBS19B : Integratiepraktijk
OAS70A : Integratiepraktijk
OBS64A : Integratiepraktijk
OBS13B : Integratiepraktijk
OBS81A : Integratiepraktijk

Onderwijsleeractiviteiten

8 sp. Integratiepraktijk (B-ODISEE-OAS37a)

8 studiepuntenNederlandsWerkvorm: Stage3 urenTweede semesterTweede semester
Agon Tine |  Cieters Veerle |  De Clerck Stefan |  De Cock Steffi |  De Schryver Kirsten |  Gheyssens Esther |  Heuleu Anneleen |  Jansegers Melissa |  Kesteloot Wim |  Langie Hilde |  Laridaen Charlotte |  Ooms Saar |  Penneman Jürgen |  Saron Miriam |  Van den Broeck Bram |  Van der Haegen Hilde |  Verbrugge Luc |  Verdoodt Diede |  Verhofstadt Nele  | MinderMeer
Kernteam Secundair Onderwijs - Algemene vakken (BA)

In dit opleidingsonderdeel verwachten we dat je zelfstandige je stage uitvoert en aantoont dat je een startbekwame leraar bent. In dit opleidingsonderdeel zal je daartoe minstens 22u actieve stage binnen een formeel educatieve setting lopen, waarvan minstens 10u in een vak waar je het vereiste bekwaamheidsbewijs verwerft en minstens 12u in het secundair onderwijs. Wie geen vereist bekwaamheidsbewijs verwerft, loopt minstens 10u stage in het vak waarvan hij de vakdidactische component afgelegd heeft. In elke klas waar je actieve stage loopt, voer je ook minstens 1u observatiestage uit.  

Daarnaast verwachten we dat je je schoolbrede activiteiten vervolledigt. Je legt accenten op de rubrieken waar je nog geen schoolbrede activiteiten hebt uitgevoerd of bij activiteiten die je nog niet deed maar wel verplicht moeten opgenomen worden. In dit opo wordt geëvalueerd dat je alle schoolbrede activiteiten hebt uitgevoerd.  

Tot slot verwachten we dat je je ontwerponderzoek finaliseert, o.a. via concrete acties, en dat je met externen over je resultaten kan communiceren.   

Naast stage kan je hier ook kiezen voor inservicetraining (LIO-baan, mits je voldoet aan decretale voorwaarden). Indien je als LIO niet voldoet aan de algemene vereisten (secundair, vereiste vakken) moet je ook een gedeelte van de praktijk via stage vervullen. Meer concrete, o.a. administratieve richtlijnen bij de stage kan je vinden op het studentenplatform en in het stagevademecum dat als bijlage bij deze ECTS fiche geldt. De info rond stage vind je op Toledo en/of de stagewebsite. 

https://studiemateriaal.odisee.be/publiek/OlaFiche.aspx?OID=26775

Feedback - Portfolio - Reflectie

Je voert je praktijk uit in een of meerdere stagescholen en/of de eigen werkplek/school.  

Je krijgt een of meerdere stagebegeleiders toegewezen die jouw portfolio en ontwerponderzoek opvolgen en je tijdens je zelfstandige praktijkuitvoering bezoeken.  

Aangepaste route voor LIO-studenten en werkplekleren onder bepaalde voorwaarden. Meer informatie vindt de student op Toledo/Stagewebsite. 

Evaluatieactiviteiten

Integratiepraktijk (B-ODISEE-O71519)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Ontwerp/Product, Presentatie, Portfolio
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

ExamenmomentBeoordelingsschaal
TOTAAL1-20/20 puntenschaal

De stage -en contractuele verplichtingen zijn bepaald in het onderwijs-en examenreglement, het stagevademecum, de stagewebsite, de stageovereenkomst en de ECTS-fiche. Heb je geen goedgekeurde stage/LIO/werkplek-overeenkomst kan je geen stage doen. Het niet naleven van afspraken met stageschool én/of hogeschool wordt als een breekpunt gezien. 

Elke afwezigheid op een evaluatiemoment moet geduid worden en kan eventueel gecompenseerd worden. De student(e) neemt zelf, zo snel mogelijk, contact op met de docent die bepaalt op welke wijze compensatie mogelijk is. Het NIET compenseren leidt tot een NA (= niet afgelegd) voor dit deel.  

De begeleiding van de student is permanent.  

Het feedbackformulier is de feedback die je zal krijgen van je vakmentor en je praktijkbegeleider. Het heeft betrekking op je functioneren tijdens je stage. Na elk bezoek van je praktijkbegeleider ontvang je een feedbackformulier. Je vakmentor bezorgt je op regelmatige tijdstippen ook een feedbackformulier. Je ontvangt van de mentor ook een eindbeoordelingsdocument op het einde van je stage. Het geldt als samenvattend oordeel van je stage. Beide documenten worden door de stagiair aan de stagementor(en) bezorgt via mail of op papier (volgens afspraak met de mentor). 

De beoordeling gebeurt op basis van de volgende 6 onderdelen:   

DE PRAKTIJK:  

1. De lesrealisatie via de bezoeken door de praktijkbegeleider met inbegrip van de eindbeoordeling door de mentor )

2. Lesontwerpen (met evaluatie-instrumenten) 

HET PORTFOLIO 

3. Het praktijkportfolio en het proces in het algemeen (beroepshoudingen) 

4. Je reflecties en zelfevaluatie 

EINDGESPREK 

5. Schoolbrede activiteiten  

6. Het ontwerponderzoek met acties, je  blik vooruit waarover je in dialoog kan gaan met derden (presentatie) 

Het niet afleggen van een  onderdeel van de evaluatie leidt tot een NA (= niet afgelegd) voor het opleidingsonderdeel.  

Men moet op alle onderdelen geslaagd zijn om te slagen voor het opleidingsonderdeel.  

Volgende onderdelen worden beoordeeld volgens een “pass/fail” beoordeling: 

Dit betekent dat je moet geslaagd zijn voor het onderdeel maar het niet in weging wordt gebracht bij de eindscore als je geslaagd bent. Indien je niet geslaagd bent voor een of meerdere van deze onderdelen wordt je totaalscore herleid naar 7/20. Ook beoordeling zwak (= onvoldoende) voor taal of één van de decretaal bepaalde basiscompetenties/kerndoelen kan leiden tot een tekort voor stage. In dat geval wordt de score herleid naar 7/20.  

1. Het praktijkportfolio en het proces in het algemeen (beroepshoudingen) 

2. Je reflecties en zelfevaluatie 

3. Schoolbrede activiteiten  

4. Het ontwerponderzoek met acties, je  blik vooruit waarover je in dialoog kan gaan met derden (presentatie) 

Indien geslaagd voor de vorige 4 onderdelen komt de score tot stand volgens volgende berekening:  

LESREALISATIE 1 (1 hoofdcode samengesteld uit 3 codes) 

-Bezoek 1 praktijkbegeleider:  1 CODE (samengesteld uit 4 deelcodes) 

-Lesontwerp bij bezoek 1: 1 CODE (samengesteld uit 4 deelcodes) 

-Eindbeoordelingsformulier mentor 1 CODE (samengesteld uit 4 deelcodes) 

LESREALISATIE 2 (1 hoofdcode samengesteld uit 3 codes) 

-Bezoek 2 praktijkbegeleider:  1 CODE (samengesteld uit 4 deelcodes) 

-Lesontwerp bij bezoek 2: 1 CODE (samengesteld uit 4 deelcodes) 

-Eindbeoordelingsformulier mentor 2 CODE (samengesteld uit 4 deelcodes) 

-> Indien je 1 mentor/bezoeker heeft wordt voor mentor 2 de eindbeoordeling van de eerste mentor genomen. 

-> Indien je 3 mentoren/bezoekers heeft wordt voor mentor 2 de eindbeoordeling van de 2 mentoren van de laatste stages/bezoeken (LIO) tot 1 code omgevormd. 

 

Beide hoofdcodes worden omgezet via het codesysteem naar een eindpunt. Bij de toekenning van het eindpunt spelen de beroepshoudingen en eventuele evaluaties op de andere onderdelen een corrigerende rol.  

Meer informatie over de evaluatiecriteria en berekening (codesysteem) vindt de student in het stagevademecum en staat op de stagewebsite.

Een voldoende behaald op een onderdeel blijft binnen éénzelfde academiejaar behouden. Studenten die sommige onderdelen opnieuw dienen te doen en andere niet over academiejaren heen nemen contact op met de docent om te kijken of een aangepaste ECTS-fiche mogelijk is.