Nederlands: leerinhouden en didactiek 2.1. (B-ODISEE-OO3122)

3 studiepuntenNederlands24 urenEerste semesterEerste semester
Belmans Theo (coördinator) |  Belmans Theo
Kernteam Lager Onderwijs (BA)

De algemene toelatingsvoorwaarden en de dwingende volgtijdelijkheid zijn beschreven in de onderwijs- en examenregeling.

Globaal genomen verwachten we dat de studenten zelf voldoende vlot strategisch kunnen (begrijpend) lezen, spreken, luisteren en schrijven, dat hun eigen spelling en taalnauwkeurigheid goed zijn. Zowel op taalsystematisch als op taalgebruiksniveau moeten ze voldoende achtergrond hebben. Deze persoonlijke achtergrond hebben ze nodig om (in)zicht te hebben in/op hoe ze taaldidactiek en taalinhouden best naar kinderen toe (verder) vorm geven.

Binnen dit vak zijn er geen expliciete leerinhouden rond hun eigen taalvaardigheid. Als er ergens nog hiaten zijn, verwachten we dat de studenten zelf inspanningen doen om die weg te werken. 

Dit opleidingsonderdeel is niet tolereerbaar in de onderstaande opleiding(en):

Onderwijsleeractiviteiten

3 sp. Nederlands: leerinhouden en didactiek 2.1. (B-ODISEE-OO5122)

3 studiepuntenNederlandsWerkvorm: College-practicum-opdracht24 urenEerste semesterEerste semester
Belmans Theo
Kernteam Lager Onderwijs (BA)

 

Lees-, spreek- en luisterdidactiek : basisprincipes (Wat ze geleerd hebben in het eerste jaar wordt via praktische voorbeelden, oefeningen, stagevoorbereidingen .... verder ingeoefend en uitgediept.)

    - leerlingen strategisch gedrag aanleren (totaallessen)

    - werkzame werkvormen zoeken, beoordelen, bedenken

    - gepast materiaal zoeken, beoordelen, bewerken

Uitbreiding lees-, spreek- en luisterdidactiek : overgang van "één les" uitwerken naar meer domein-, vakoverschrijdend werken + inzetten op differentiatie

    - betekenisvolle contexten kunnen bedenken - bredere opdrachten voorzien waarin leerlingen actief aan het werk gezet worden

    - (beginnend) leren differentiëren - omdat dit de focus van de eerste stage is, zetten we hier extra op in. We sluiten daarbij aan bij principes die uiteengezet worden in onderwijskunde 2. We passen die zo concreet mogelijk toe in taallessen.

    - outdoor learning (mogelijkheden voor taal) aanbrengen ; mogelijkheden zien om vak- en domeinoverschrijdend te werken

 

Schrijfdidactiek

  - zinvolle schrijfcontext kunnen uitwerken (inwerken in een thema)

  - schrijfstrategieën aanleren

  - gepaste schrijfkaart kunnen opstellen (leerinhouden)

  - schrijfproces kunnen begeleiden

 

Spellingdidactiek :

 - herhaling basisprincipes eerste jaar : spellingstrategieën / -categorieën, wat is een goede spellingoefening

 - uitbreiding : spelling op langere termijn - opbouw, een eigen spellingbundel leren opstellen waarmee leerlingen zelfstandig en gedifferentieerd aan de slag kunnen gaan (variatie, differentiatie, groei)

 

https://webapps.odisee.be/Ancor/SSM/Pages/BekijkSSM.aspx?OID=20333

 

Op Toledo staat een digitale versie van een vroegere cursus van collega Marc Stevens. Die dient grotendeels als achtergrondmateriaal, een bron van voorbeelden, een werk waarin ze kunnen 'grasduinen' voor inspiratie. Af en toe gebruik ik er stukjes uit voor tijdens de lesmomenten. Studenten worden verondersteld altijd zelf te noteren. 

Daarnaast wordt er gewerkt met allerlei losse werkdocumenten, voorbeelden, hulpkaarten, tips, voorbeeldexamen .... die op Toledo aangeboden worden. Het merendeel daarvan wordt tijdens de lesmomenten gebruikt. Studenten nemen hun eigen notities.

 

De studenten beheersen het Nederlands. 

We werken vanuit actieve, stimulerende, ervaringsgerichte, simulerende werkvormen.

Vanuit het principe 'teach as you preach' wordt er geopteerd voor een zeer gevarieerde aanpak op het vlak van werkvormen, gaande van klassikale aanpak, via groepswerk, tot het samenwerkend uitproberen van allerlei groeperingsvormen en het naar buiten trekken om taal in de realiteit te ervaren. Studenten gaan daarbij vaak zelfstandig (individueel of coöperatief) aan de slag. Aanwezigheid in de lessen wordt daarom sterk aangeraden.

Tijdens de contacturen wordt er gebruik gemaakt van allerlei materialen (audio, beeld, tekst, schoolboeken ...) afgestemd op de basisschool. Via die weg worden studenten gestimuleerd om zelf op zoek te gaan naar geschikt lesmateriaal via allerlei kanalen en dat materiaal kritisch te bekijken.

 

Evaluatieactiviteiten

Nederlands: leerinhouden en didactiek 2.1. (B-ODISEE-OO7122)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Schriftelijk, Paper/Werkstuk
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

ExamenmomentBeoordelingsschaal
TOTAAL1-20/20 puntenschaal

De studenten moeten een zelfontworpen spellingbundeltje met oefeningen rond een gekozen spellingitem uitwerken. Samenwerken in duo's mag, maar hoeft niet. In de spellingsbundel moeten de studenten principes voor differentiatie inbouwen. (Dit is nl. de focus van hun eerste stage dit jaar.) Dit deel behoort bij permanente evaluatie en behelst 10 % van het eindresultaat. Op het schriftelijk examen komt er een vraag terug rond deze spellingbundel. Die mag op dat moment geraadpleegd worden.Als de bundel niet tijdig opgeladen is, heeft de student automatisch een 'NA' op dit OPO.

Schriftelijk examen :

De studenten moeten een zinvolle schrijfoefening kunnen bedenken binnen een opgegeven thema : schrijfcontext analyseren, schrijfkaart opstellen (leerinhouden), materialen die gebruikt zouden kunnen worden (schriftelijk examen).

De studenten moeten een lesidee (lezen, spreken, luisteren, schrijven) kunnen bedenken en uitwerken. Belangrijk daarbij is 'betekenisvolle contexten' bedenken. Ze moeten daarbij bewijzen dat ze domein-/vakoverschrijdend kunnen denken (schriftelijk examen). 

De studenten moeten voorstellen kunnen uitwerken om in taallessen gedifferentieerd aan de slag te gaan. Dit onderdeel is sterk gelinkt aan onderwijskunde 2 en hun eerste stage in november waarin ze dit onderdeel praktisch kunnen oefenen.

De studenten moeten vragen kunnen beantwoorden rond hun eigen spellingsbundel : hoe gedifferentieerd gewerkt, hoe 'groei' erin gestopt, hoe zelfstandigheid van de leerlingen versterkt, aandeel van open oefeningen kunnen toelichten (ze mogen op het examen hun eigen werk gebruiken)

Wat de zelfstandige opdracht spellingdidactiek betreft : de studenten die daarop onvoldoende scoren herwerken die en geven ze ten laatste af op het schriftelijke examen. Bij voldoende in januari, hoeft de opdracht niet opnieuw gedaan te worden. Voor het examen in tweede zittijd wordt de quotering van de eerste keer overgenomen. De vragen rond de bundel op het schriftelijke examen blijven echter voor iedereen gelden. Ook de studenten die niet herwerken, brengen de bundel mee naar het examen en beantwoorden de vragen daarrond. Studenten kunnen er echter voor kiezen om de opdracht toch te herwerken, ook al hadden ze in eerste zittijd voor de opdracht een voldoende of meer. Ze kiezen ervoor om die opdracht te verbeteren. Hun nieuwe resultaat is wat meetelt voor de totaalquotering van dit OPO. Ze beantwoorden ook de vragen rond spelling op het schriftelijke examen. 

Het schriftelijke examen verloopt in tweede zittijd zoals dat van januari.