Verplicht in fase
Optioneel in fase
Eerste semester
Tweede semester
Dit jaar
Volgend jaar
Wisselende jaren
Extern
Voorwaarden
Identieke opleidingsonderdelenBachelorproef (B-ODISEE-JPOX14)
Audenaert Steven (coördinator) | Decroos Liesbet | N. Doelstellingen
Ik toon aan over inhoudelijke expertise van de verschillende leer- en vakgebieden te beschikken: Bachelorproef (niveau: gevorderd).
Ik deel de uitkomsten van praktijkonderzoek op een manier die begrijpelijk is voor andere onderwijsprofessionals (niveau: gevorderd).
Begintermen
De algemene toelatingsvoorwaarden zijn beschreven in de onderwijs- en examenregeling.
Plaats in het onderwijsaanbod
Toleranties
Dit opleidingsonderdeel is niet tolereerbaar in de onderstaande opleiding(en):
Onderwijsleeractiviteiten
6 sp. Bachelorproef (B-ODISEE-JLO215)
NederlandsWerkvorm: Bachelorproef
18 uren
Beide semestersDecroos Liesbet | N. Inhoud
De bachelorproef houdt een praktijkonderzoek met innovatie/product in op het vlak van een onderwijsvak of met algemeen didactisch-pedagogische focus. De praktische bruikbaarheid in het onderwijsveld en de wetenschappelijke onderbouwing van ‘evidence informed onderwijs’ zijn fundamenteel.
Meer info vindt de student in de brochure ‘Bachelorproef’ op Toledo.
Toelichting onderwijstaal
Actieve kennis van het Nederlands. Passieve kennis van het Engels voor wetenschappelijke literatuur en media.
Toelichting werkvorm
We kiezen voor contactrijk onderwijs in de vorm van hybride leren en daarbinnen blended leren: mix van on campus en digitaal afstandsonderwijs waar zinvol (synchroon of asynchroon).
De student werkt in hoofdzaak zelfstandig aan zijn bachelorproef (gevorderd niveau), vanuit de tijdslijn en tussenopdrachten aangegeven in de brochure ‘bachelorproef’. De student bewaakt de voortgang van zijn/haar bachelorproef en treedt voldoende in overleg met de promotor, de praktijkcontext (vaak stageplaats) en mogelijke externen.
De student wordt begeleid door een promotor. De student komt verschillende keren samen gedurende het academiejaar. Initiatief tot en voorbereiding van deze overlegmomenten maakt deel uit van de procesevaluatie.
De student werkt gedurende het ganse academiejaar nauw samen met de organisatie/school waar hij zijn bachelorproef realiseert.
Evaluatieactiviteiten
Bachelorproef (B-ODISEE-JVOX14)
Toelichting
| Examenmoment | Beoordelingsschaal |
|---|---|
| TOTAAL | 1-20/20 puntenschaal |
De berekening van het eindcijfer voor de bachelorproef is als volgt:
- 80%: evaluatie door de beoordelaars:
- 15%: procesevaluatie door de promotor
- 70%: evaluatie 'product / onderzoeksvaardigheden / rapport' door de promotor in samenspraak met een tweede lezer voor de onderdelen 'onderzoeksvaardigheden' en 'rapport' en in samenspraak met de praktijkcontext voor het onderdeel ‘product’.
- Het cijfer voor dit onderdeel is het rekenkundig gemiddelde van product, onderzoeksvaardigheden en rapport, tenzij de student op één onderdeel maximaal een 8/20 of minder haalt of op twee of meerdere onderdelen een 9/20; dan behaalt de student maximaal 8/20. Indien de student op dit onderdeel (product / onderzoeksvaardigheden / rapport) een 8/20 haalt, behaalt de student maximaal 8/20 voor de evaluatie door de beoordelaars en daardoor voor het OPO bachelorproef.
- 15%: evaluatie 'journalistiek artikel / voorstelling van de bachelorproef' door de promotor, een andere docent van de opleiding en een vertegenwoordiger uit het werkveld
Het cijfer 'evaluatie door de beoordelaars' wordt berekend aan de hand van een gewogen gemiddelde van de drie onderdelen met correctiefactoren:
- Indien de student op het onderdeel 'product/onderzoeksvaardigheden/rapport' een 8/20 of minder behaalt, behaalt de student maximaal 8/20 voor de 'evaluatie door de beoordelaars'.
- Bij blijk van onvoldoende schriftelijke taalbeheersing, bedraagt het cijfer 'evaluatie door de beoordelaars' maximaal 13/20.
- 20%: zelfevaluatie door de student
- 20%: procesevaluatie
- 80%: product/onderzoeksvaardigheden/rapport
De 'evaluatie door beoordelaars' en 'zelfevaluatie door de student' worden gespecificeerd in een evaluatierooster (rubrics). De evaluatieroosters kan de student, samen met de brochure bachelorproef, raadplegen op Toledo.
Indien de student voor ‘evaluatie door de beoordelaars’ een cijfer van 8/20 of minder behaalt, wordt het eindcijfer van het OPO bachelorproef teruggebracht tot het cijfer van de ‘evaluatie door de beoordelaars’. Bij blijk van onvoldoende taalbeheersing, vastgesteld bij de 'evaluatie door beoordelaars', kan het eindcijfer van het OPO bachelorproef maximaal 13/20 bedragen.
De student rapporteert aan de hand van een rapport, een journalistiek artikel en een 'voorstelling van de bachelorproef'. Als de student niet deelneemt aan één van deze rapporteringen, wordt deze beoordeeld als niet-afgelegd. Een NA voor een deelrapportering resulteert in een NA voor het OPO Bachelorproef.
Indien de inleveringstermijn niet gerespecteerd wordt, worden het rapport en/of het journalistiek artikel als niet-ingeleverd beschouwd en als 'niet-afgelegd' (NA) beoordeeld.
Toelichting bij herkansen
Hier gelden dezelfde modaliteiten.
De student herwerkt de bachelorproef op basis van de feedback en in overleg met de promotor.