Praktijkverdieping III (B-ODISEE-HBG40A)

8 studiepuntenNederlands11 urenBeide semestersBeide semestersUitgesloten voor examencontractUitgesloten voor creditcontract
Maes Stephanie (coördinator) |  Maes Stephanie |  N.
Kernteam Gezinswetenschappen (BA)

De algemene toelatingsvoorwaarden en de dwingende volgtijdelijkheid zijn beschreven in de onderwijs- en examenregeling.

De student dient de volgend opleidingsonderdelen gevolgd te hebben: 

  • Praktijkverdieping II (OHW12A)
  • Projectwerk II (OHW11A)
  • Methodieken II - Helpende gesprekken I (OHW08A)

 

De opleidingsonderdelen ‘Praktijkverdieping I’ en ‘Methodieken II’ gevolgd hebben en een credit behaald hebben.
 

Om het deel ‘Praktijkverdieping II’ te mogen aanvatten, moeten studenten geslaagd zijn voor volgende OPO's:

  • Methodieken I - Luisteren en Methodieken II - Helpende gesprekken I
  • Projectwerk en praktijkverdieping I en Projectwerk II
  • Praktijkverdieping II

De algemene toelatingsvoorwaarden en de dwingende volgtijdelijkheid zijn beschreven in de onderwijs- en examenregeling.

Om dit opleidingsonderdeel in optimale omstandigheden aan te vatten, is het aangewezen dat de student de kennis, vaardigheden en attitudes, aangeleerd in de volgende opleidingsonderdelen van de opleiding, actief kan inzetten:

Methodieken I en II
Project I en II
Praktijkverdieping I

In functie van het vinden van een praktijkplaats dient de student de Sociale Kaart te kunnen hanteren en een sollicitatieprocedure op een professionele wijze te kunnen doorlopen. De student doet dit zelfstandig, maar kan tijdens zijn zoektocht beroep doen op het praktijkteam.

 

Je moet voldoen aan een volgtijdelijkheidsvoorwaarde om dit opleidingsonderdeel te mogen opnemen. Volgtijdelijkheid kan STRENG of SOEPEL zijn of een GELIJKTIJDIGHEID inhouden. Ook kan een diplomaNIVEAU als voorwaarde gesteld zijn.
Verklaring:
STRENG: Om dit opleidingsonderdeel op te nemen, moet je geslaagd zijn voor of een tolerantie ingezet hebben voor de opleidingsonderdelen waarvoor dit soort voorwaarde geldt.
SOEPEL: Om dit opleidingsonderdeel op te nemen, moet je de opleidingsonderdelen waarvoor dit soort voorwaarde geldt, gevolgd hebben.
GELIJKTIJDIG: Om dit opleidingsonderdeel op te nemen, moet je ook de opleidingsonderdelen waarvoor dit soort voorwaarde geldt, opnemen of al opgenomen hebben.
NIVEAU: Om dit opleidingsonderdeel op te nemen, moet je ten minste deze graad behaald hebben.


STRENG(OHW12A)

Bovenstaande codes van opleidingsonderdelen stemmen overeen met onderstaande omschrijvingen van die opleidingsonderdelen:
OHW12A : Praktijkverdieping II

Dit opleidingsonderdeel is niet tolereerbaar in de onderstaande opleiding(en):

Onderwijsleeractiviteiten

8 sp. Praktijkverdieping III (B-ODISEE-HBG40a)

8 studiepuntenNederlandsWerkvorm: College-practicum-opdracht11 urenBeide semestersBeide semesters
Maes Stephanie |  N.
Kernteam Gezinswetenschappen (BA)

Elke student wordt toegewezen aan één van onderstaande trajecten. De toewijzing is afhankelijk van het voortraject van de student (resultaat OPO Praktijkverdieping II, eerder gevolgde opleiding(en), werkervaring, huidige tewerkstelling, eventuele veranderingen in tewerkstellingssituatie tussen opname OPO Praktijkverdieping II en Praktijkverdieping III).

A. Regulier traject

Dit traject wordt gevolgd door studenten waarvoor als resultaat van het OPO Praktijkverdieping II (OHW12A) werd bepaald dat ze minstens 120u of 240u praktijkverdieping dienen op te nemen in een organisatie of voorziening in het brede welzijnswerk of door studenten die toelating kregen voor traject B maar op eigen initiatief kiezen voor traject A. De studenten tonen de competenties aan op basis van de opgenomen uren en de bijhorende opdrachten.

De specifieke onderdelen en verwachtingen van dit traject en de wijze waarop deze competenties worden afgetoetst, staan beschreven in het Vademecum Traject A: regulier traject, academiejaar 2024-2025 dat een bindende bijlage is van deze ECTS-fiche.

 

B. Traject eigen werkplek

Dit traject wordt gevolgd door studenten waarvoor als resultaat van het OPO Praktijkverdieping II (OHW12A) werd bepaald dat er voldoende kansen zijn om de competenties aan te tonen op basis van het uitwerken van een gezinsgericht project op de eigen werkplek.

De specifieke onderdelen en verwachtingen van dit traject en de wijze waarop deze competenties worden afgetoetst, staan beschreven in het Vademecum Traject B: traject eigen werkplek, academiejaar 2024-2025 dat een bindende bijlage is van deze ECTS-fiche.

 

C. Praktijkverdiepingstraject voor studenten met een verkort traject

Dit traject is enkel toegankelijk voor studenten die reeds één van volgende bachelorsdiploma's behaalden: Sociaal werk, Orthopedagogie, Sociale readaptatiewetenschappen, Toegepaste psychologie of Maatschappelijke veiligheid. Zij bewijzen hun competenties op de volgende manier:

Aantonen van de reeds behaalde competenties op basis van een specifiek portfolio (deadline staat beschreven in het Vademecum Traject C: verkort traject, academiejaar 2024-2025 dat een bindende bijlage is van deze ECTS-fiche).

Op basis van de beoordeling van dit portfolio wordt bepaald in welk deeltraject de studenten terecht komen.

  • Deeltraject CA: Op basis van de aangetoonde competenties wordt bepaald dat de student 120u of 240u praktijkverdieping dient op te nemen in een organisatie of voorziening in het brede welzijnswerk.
  • Deeltraject CB: Op basis van de aangetoonde competenties en de aangetoonde mogelijkheden op de eigen werkplek wordt bepaald dat er voldoende kansen zijn om de competenties aan te tonen op basis van het uitwerken van een gezinsgericht project op de eigen werkplek.

 

De specifieke onderdelen en verwachtingen van dit traject en de wijze waarop de competenties worden afgetoetst, staan beschreven in het Vademecum “Traject C: verkort traject, academiejaar 2024-2025” dat een bindende bijlage is van deze ECTS-fiche.

 

D. Praktijkverdiepingstraject voor studenten met een SAW-graduaatsdiploma

Dit traject is enkel toegankelijk voor studenten die reeds één van volgende graduaatsdiploma’s behaalden: graduaat Orthopedagogie, graduaat Orthopedagogische begeleiding, graduaat Maatschappelijk werk, graduaat Sociaal-cultureel werk. Zij bewijzen hun competenties op de volgende manier:

Aantonen van de reeds behaalde competenties op basis van een specifiek portfolio (deadline staat beschreven in het Vademecum Traject D: verkort traject graduaat, academiejaar 2024-2025 dat een bindende bijlage is van deze ECTS-fiche).

Op basis van de beoordeling van dit portfolio wordt bepaald in welk deeltraject de studenten terecht komen.

  • Deeltraject DA: Op basis van de aangetoonde competenties wordt bepaald dat de student 120u of 240u praktijkverdieping dient op te nemen in een organisatie of voorziening in het brede welzijnswerk.
  • Deeltraject DB: Op basis van de aangetoonde competenties en de aangetoonde mogelijkheden op de eigen werkplek wordt bepaald dat er voldoende kansen zijn om de competenties aan te tonen op basis van het uitwerken van een gezinsgericht project op de eigen werkplek.

De specifieke onderdelen en verwachtingen van dit traject en de wijze waarop de competenties worden afgetoetst, staan beschreven in het Vademecum “Traject D: verkort traject graduaat, academiejaar 2024-2025” dat een bindende bijlage is van deze ECTS-fiche.

 

Voor alle trajecten: studenten die omwille van een vrijstelling voor het OPO OHW12A  Praktijkverdieping II tijdens het vorig academiejaar niet hebben deelgenomen aan de 'Dag van de Gezinswetenschapper’, dienen aanwezig te zijn op de ‘Dag van de Gezinswetenschapper’ binnen het kader van dit OPO Praktijkverdieping III.

 

Verplicht studiemateriaal: Vademecum Praktijkverdieping III – traject A, B of C of D. Deze vademecums zijn een bindende bijlage van deze ECTS-fiche.

Overig didactisch materiaal: slides bij de uitlegsessies.

Van Coeillie, J. e.a. (2013). Horen, zien en schrijven. Schrijfboek voor welzijnswerkers. Brugge: Die Keure.

De Ganseman, N. e.a. (2023). In gesprek geraakt. Handboek voor hulpverleners: van basis tot verdieping. Gent: Borgerhoff & Lamberigts.

  • Syllabus en reader van het opleidingsonderdeel 'Methodieken II' 
  • Baert, A. (2011). Een theorie van de presentie. Den Haag: Lemma. 
  • Dewulf, L. (2014). Ik kies voor mijn talent. Tielt: Lannoo Campus.

 

De werkvorm en de verwachtingen wat betreft aanwezigheden voor individuele begeleiding, groepssupervisies en inhoudelijk sessies worden beschreven in  het respectievelijk  vademecum (Traject A: regulier traject, academiejaar 2024-2025; Traject B: traject eigen werkplek, academiejaar 2024-2025; Traject C: verkort traject, academiejaar 2024-2025; Traject D: verkort traject graduaten, academiejaar 2024-2025) die een bindende bijlage vormen van deze ECTS fiche. 

Evaluatieactiviteiten

Praktijkverdieping III (B-ODISEE-H71455)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Verslag, Portfolio, Procesevaluatie
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Naslagwerk, Cursusmateriaal

ExamenmomentBeoordelingsschaal
TOTAALGeslaagd / Niet geslaagd

Traject A: Regulier traject

Studenten in dit traject formuleren leerdoelen, een tussentijds verslag en een eindverslag die ze opladen in hun online portfolio op Toledo. Zij nemen deel aan verplichte inhoudelijke sessies en groepssupervisies. De regels voor wat betreft niet deelname aan deze sessies staan beschreven in het Vademecum Traject A: regulier traject, academiejaar 2024-2025. Studenten worden beoordeeld door de praktijkbegeleider op basis van het evaluatieformulier van en evaluatiegesprek met de mentor op de praktijkplaats of online, de verslagen van de student, de deelname aan de verplichte sessies en de kwaliteit en volledigheid van het portfolio. Het traject wordt beoordeeld met “geslaagd/niet geslaagd” door het praktijkteam, aangevuld met inhoudelijke feedback door de praktijkbegeleider en een inschaling van de aan te tonen competenties.

Traject B: Traject eigen werkplek

Studenten in dit traject vullen hun portfolio aan dat bestaat uit twee delen: (1) Bespreking van talenten en competenties via het uitwerken (dit wil zeggen zowel uittekenen als uitvoeren) van een gezinsgerichte actie, initiatief of project waarmee de student zich als gezinswetenschapper profileert op de werkplek (2) Attestering van de competenties. Daarnaast integreren de studenten wat ze geleerd hebben in de inhoudelijke sessies in hun portfolio. Het portfolio wordt beoordeeld met "geslaagd/niet geslaagd/niet afgelegd" door het praktijkteam, aangevuld met inhoudelijke feedback door de praktijkbegeleider. Deze feedback is zowel waarderend als ondersteunend in functie van eventuele aanvullingen in tweede zittijd. Indien de praktijkbegeleider bijkomende informatie nodig heeft om de student te beoordelen, wordt de student uitgenodigd voor een gesprek. De student kan zelf een gesprek aanvragen voor verdere uitleg bij de verkregen  feedback indien nodig.

 

Traject C: Praktijkverdiepingstraject voor studenten met een verkort traject

De studenten uit dit traject worden beoordeeld op basis van de volgende criteria:

Criterium 1: kwaliteit en inhoud van het portfolio

  • Kwaliteit en inhoud van het specifiek portfolio waarin de student aantoont in hoeverre de competenties van de gezinswetenschapper reeds behaald zijn. Dit leidt tot de beoordeling van in welk deeltraject de student terecht komt: deeltraject CA of deeltraject CB die op de volgende manieren geëvalueerd worden:

Criterium 2: behalen competenties

  • Deeltraject CA: Studenten in dit traject formuleren leerdoelen, een tussentijds verslag en een eindverslag die ze opladen in hun online portfolio op Toledo. Zij nemen deel aan verplichte inhoudelijke sessies en groepssupervisies. De regels voor wat betreft niet deelname aan deze sessies staan beschreven in het vademecum ‘Traject C: verkort traject, academiejaar 23-24' dat een bindende bijlage is bij deze ECTS fiche. Studenten worden beoordeeld door de praktijkbegeleider op basis van het evaluatieformulier van en evaluatiegesprek met de mentor op de praktijkplaats of online, de verslagen van de student, de deelname aan de verplichte sessies en de kwaliteit en volledigheid van het portfolio. Het traject wordt beoordeeld met “geslaagd/niet geslaagd” door het praktijkteam, aangevuld met inhoudelijke feedback door de praktijkbegeleider en een inschaling van de aan te tonen competenties.
  • Deeltraject CB: Studenten in dit traject vullen hun portfolio aan dat bestaat uit twee delen: (1) Bespreking van talenten en competenties via het uitwerken (dit wil zeggen zowel uittekenen als uitvoeren) van een gezinsgerichte actie, initiatief of project waarmee de student zich als gezinswetenschapper profileert op de werkplek (2) Attestering van de competenties. Daarnaast integreren de studenten wat ze geleerd hebben in de inhoudelijke sessies in hun portfolio. Het portfolio wordt beoordeeld met "geslaagd/niet geslaagd/niet afgelegd" door het praktijkteam, aangevuld met inhoudelijke feedback door de praktijkbegeleider. Deze feedback is zowel waarderend als ondersteunend in functie van eventuele aanvullingen in tweede zittijd. Indien de praktijkbegeleider bijkomende informatie nodig heeft om de student te beoordelen wordt de student uitgenodigd voor een gesprek. De student kan zelf een gesprek aanvragen voor verdere uitleg bij de verkregen feedback indien nodig.

Criterium 3: paper

  • Een gefundeerde paper over een geïntegreerde gezinsbenadering. De wijze waarop, staat beschreven in het Vademecum Traject C: verkort traject, academiejaar 2024-2025 dat een bindende bijlage is van deze ECTS-fiche.

 

Traject D: Praktijkverdiepingstraject voor studenten met een SAW-graduaatsdiploma

De student uit dit traject wordt beoordeeld op basis van de volgende criteria:

Criterium 1: kwaliteit en inhoud van het portfolio

  • Kwaliteit en inhoud van het specifiek portfolio waarin de student aantoont in hoeverre de competenties van de gezinswetenschapper reeds behaald zijn. Dit leidt tot de beoordeling van in welk deeltraject de student terecht komt: deeltraject DA of deeltraject DB die op de volgende manieren geëvalueerd worden:

Criterium 2: behalen competenties

  • Deeltraject DA: Studenten in dit traject formuleren leerdoelen, een tussentijds verslag en een eindverslag die ze opladen in hun online portfolio op Toledo. Zij nemen deel aan verplichte inhoudelijke sessies en groepssupervisies. De regels voor wat betreft niet deelname aan deze sessies staan beschreven in het vademecum ‘Traject D: verkort traject graduaten, academiejaar 24-25' dat een bindende bijlage is bij deze ECTS fiche. Studenten worden beoordeeld door de praktijkbegeleider op basis van het evaluatieformulier van en evaluatiegesprek met de mentor op de praktijkplaats of online, de verslagen van de student, de deelname aan de verplichte sessies en de kwaliteit en volledigheid van het portfolio. Het traject wordt beoordeeld met “geslaagd/niet geslaagd” door het praktijkteam, aangevuld met inhoudelijke feedback door de praktijkbegeleider en een inschaling van de aan te tonen competenties.
  • Deeltraject DB: Studenten in dit traject vullen hun portfolio aan dat bestaat uit twee delen: (1) Bespreking van talenten en competenties via het uitwerken (dit wil zeggen zowel uittekenen als uitvoeren) van een gezinsgerichte actie, initiatief of project waarmee de student zich als gezinswetenschapper profileert op de werkplek (2) Attestering van de competenties. Daarnaast integreren de studenten wat ze geleerd hebben in de inhoudelijke sessies in hun portfolio. Het portfolio wordt beoordeeld met "geslaagd/niet geslaagd/niet afgelegd" door het praktijkteam, aangevuld met inhoudelijke feedback door de praktijkbegeleider. Deze feedback is zowel waarderend als ondersteunend in functie van eventuele aanvullingen in tweede zittijd. Indien de praktijkbegeleider bijkomende informatie nodig heeft om de student te beoordelen wordt de student uitgenodigd voor een gesprek. De student kan steeds zelf een gesprek aanvragen  voor verdere uitleg bij de verkregen feedback indien nodig.

.

Voor alle trajecten:

  • Indien één of meerdere onderdelen niet worden ingediend, krijgt de student een “Niet afgelegd”. Indien de student op één of meerder onderdelen niet slaagt, krijgt de student een “niet geslaagd”.
  • Indien omwille van een vrijstelling voor het OPO OHW12A  Praktijkverdieping II de student niet deelnam aan de activiteit ‘Dag van de Gezinswetenschapper’ dient de student hieraan deel te nemen in het kader van het OPO Praktijkverdieping III. Indien de student niet aanwezig is, dient hij een vervangtaak te maken waarvan de beschrijving en indieningsmodaliteiten beschikbaar worden gesteld via Toledo. Indien de student deze vervangtaak niet tijdig indient of deze taak niet beantwoordt aan de verwachte kwaliteit, krijgt de student een NA voor het OPO Praktijkverdieping III.

Traject A: Regulier traject

Op basis van de reden van niet slagen wordt de herkansing bepaald:

  • Portfolio bereikt niet de vereiste kwaliteit of is onvolledig: de student dient op basis van schriftelijke, inhoudelijke feedback de verslagen aan te passen of het portfolio te vervolledigen en in te dienen ten laatste op 15 augustus.
  • Negatieve beoordeling van de praktijkuren: er wordt gekeken of een remediëringstraject tijdens het huidige academiejaar mogelijk is en er wordt bepaald hoeveel uren praktijkverdieping de student als remediëring dient op te nemen. Indien dit niet mogelijk is in het huidige academiejaar dient de student het OPO in een volgend academiejaar opnieuw op te nemen.

Traject B: Traject eigen werkplek

Op basis van de reden van niet slagen wordt de herkansing bepaald:

  • Portfolio bereikt niet de vereiste kwaliteit of is onvolledig: de student dient op basis van schriftelijke, inhoudelijke feedback het portfolio aan te vullen en/of aan te passen en in te dienen ten laatste op 15 augustus.
  • Negatieve beoordeling van de uitwerking van het gezinsgericht project: de student krijgt een kans op dit project beter te omschrijven of, indien er geen project werd uitgewerkt, dit alsnog te realiseren. Indien nodig wordt de student uitgenodigd voor een gesprek.

Traject C: Praktijkverdiepingstraject voor studenten met een verkort traject

Op basis van de reden van niet slagen wordt de herkansing bepaald:

Traject CA:

  • Portfolio bereikt niet de vereiste kwaliteit of is onvolledig:  de student dient op basis van schriftelijke, inhoudelijke feedback de verslagen aan te passen of het portfolio te vervolledigen en in te dienen ten laatste op 15 augustus Negatieve beoordeling van de praktijkuren: er wordt gekeken of een remediëringstraject tijdens het huidige academiejaar mogelijk is en er wordt bepaald hoeveel uren praktijkverdieping de student als remediëring dient op te nemen. Indien dit niet mogelijk is in het huidige academiejaar dient de student het OPO in een volgend academiejaar opnieuw op te nemen.
  • Negatieve beoordeling van de gefundeerde paper. De student herschrijft de paper op basis van schriftelijke feedback en dient deze in ten laatste op 15 augustus.

Traject CB:

  • Portfolio bereikt niet de vereiste kwaliteit of is onvolledig: de student dient op basis van schriftelijke, inhoudelijke feedback het portfolio aan te vullen en/of aan te passen en in te dienen ten laatste op 15 augustus.
  • Negatieve beoordeling van de uitwerking van het gezinsgericht project: de student krijgt een kans op dit project beter te omschrijven of, indien er geen project werd uitgewerkt dit alsnog te realiseren. Indien nodig wordt de student uitgenodigd voor een gesprek.
  • Negatieve beoordeling van de gefundeerde paper. De student herschrijft de paper op basis van schriftelijke feedback en dient deze in ten laatste op 15 augustus.

Traject D: Praktijkverdiepingstraject voor studenten met een SAW-graduaatsdiploma

Op basis van de reden van niet slagen wordt de herkansing bepaald:

Traject DA:

  • Portfolio bereikt niet de vereiste kwaliteit of is onvolledig: de student dient op basis van schriftelijke, inhoudelijke feedback de verslagen aan te passen of het portfolio te vervolledigen en in te dienen ten laatste op 15 augustus
  • Negatieve beoordeling van de praktijkuren: er wordt gekeken of een remediëringstraject tijdens het huidige academiejaar mogelijk is en er wordt bepaald hoeveel uren praktijkverdieping de student als remediëring dient op te nemen. Indien dit niet mogelijk is in het huidige academiejaar dient de student het OPO in een volgend academiejaar opnieuw op te nemen.
     

Traject DB:

  • Portfolio bereikt niet de vereiste kwaliteit of is onvolledig: de student dient op basis van schriftelijke, inhoudelijke feedback het portfolio aan te vullen en/of aan te passen En in te dienen ten laatste op 15 augustus.
  • Negatieve beoordeling van de uitwerking van het gezinsgericht project: de student krijgt een kans op dit project beter te omschrijven of, indien er geen project werd uitgewerkt dit alsnog te realiseren. Indien nodig wordt de student uitgenodigd voor een gesprek.

Voor alle trajecten:

Studenten die dienden deel te nemen aan de ‘Dag van de Gezinswetenschapper’, maar afwezig waren en die hun vervangtaak niet tijdig indienden, kunnen ten laatste op 15 augustus deze taak alsnog indienen. Indien de studenten deze taak niet indienen, krijgt men een niet afgelegd  op het OPO Praktijkverdieping III.