Biologie: Schoolstage (B-ODISEE-OBS88A)

9 studiepuntenNederlandsTweede semesterTweede semester
Hempen Bart (coördinator) |  Hempen Bart
Kernteam Secundair Onderwijs - Dilbeek

Ik evalueer kritisch mijn eigen functioneren en ik stuur zo nodig adequaat mijn handelen bij (niveau: gevorderd).

Ik breng de beginsituatie (breed en specifiek) in kaart (niveau: gevorderd).

Ik ontwerp zelfstandig leer-en ontwikkelingsactiviteiten (van lessen tot leerlijnen tot geïntegreerd aanbod,…) vanuit de beoogde doelen, de beginsituatie van de lerenden op basis van wetenschappelijk onderbouwde onderwijskundige inzichten (niveau: gevorderd).

Ik integreer brede vakinhoudelijke en vakdidactische kennis en vaardigheden in aangeboden leer- en ontwikkelingsactiviteiten (niveau: gevorderd).

Ik integreer actuele en relevante bronnen, kennis en inzichten in aangeboden leer-en ontwikkelingsactiviteiten (niveau: gevorderd).

Ik wend de diversiteit van de groep aan als leer-en ontwikkelingskans (niveau: doorgroei).

Ik realiseer zelfstandig gedurende een aaneengesloten en langere periode leer-en ontwikkelingsactiviteiten vanuit beoogde doelen, de beginsituatie van de lerenden op basis van wetenschappelijk onderbouwde onderwijskundige inzichten (niveau: gevorderd).

Ik geef diversiteitsresponsief les (niveau: doorgroei).

Ik integreer de meerwaarde van de buurt en de wereld als leerkans (niveau: doorgroei).

Ik evalueer zelfstandig tijdens en na de aangeboden leer-en ontwikkelingsactiviteiten de leerwinst van alle lerenden t.a.v. de beoogde doelen, de beginsituatie van de lerenden op basis van wetenschappelijk onderbouwde onderwijskundige inzichten (niveau: gevorderd).

Ik herken leervragen en -noden en kan er gepast op inspelen (niveau: gevorderd).

Ik toon aan over (ped)agogische expertise te beschikken (niveau: gevorderd).

Ik creëer proactief een positief leef- en leerklimaat, doordat ik in mijn handelen laat zien dat ik gevoelig en receptief ben voor zaken die bevorderend en belemmerend zijn voor leren en ontwikkelen (niveau: gevorderd).

Ik neem leiding over het leer- en leefklimaat door in te spelen op gedragingen en groepsprocessen van de lerenden om het welbevinden en de leerkansen van alle lerenden te vrijwaren. In meer complexe situaties stem ik af met andere actoren (niveau: gevorderd).

Ik herken opvoedingsvragen en -noden en kan er gepast op inspelen (niveau: gevorderd).

Ik organiseer en voer relevante administratieve taken uit (niveau: gevorderd).

De algemene toelatingsvoorwaarden zijn beschreven in de onderwijs- en examenregeling.

Dit opleidingsonderdeel is niet tolereerbaar in de onderstaande opleiding(en):

Onderwijsleeractiviteiten

9 sp. Biologie: Schoolstage (B-ODISEE-OBS88a)

9 studiepuntenNederlandsWerkvorm: StageTweede semesterTweede semester
Hempen Bart
Kernteam Secundair Onderwijs - Dilbeek

Bij het OPO schoolstage krijgt de student(e) de kans om zijn / haar didactische bekwaamheid te optimaliseren in het secundair onderwijs.  De student(e) geeft 6 weken les in één of twee scholen en kiest zelf in welke graad of welke finaliteit hij/zij lesgeeft. De stage-evaluatiecommissie kan bij het einde van de tweede opleidingsfase beperkingen opleggen.  Tijdens deze 6 weken (standaardtraject: één week november + 5 opeenvolgende weken (feb-maart)) staat de student zelfstandig voor de klas en  neemt leeractiviteiten (zowel op micro- als mesoniveau) op zich vanuit de verschillende basiscompetenties. De student bereidt zich door deze stage voor op zijn start als beginnend leraar. Hij/zij maakt kennis met alle facetten van een zelfstandig functionerende leerkracht in een secundaire school. Hij vervult min één opdracht bij elke klasoverstijgende rol die een leraar kan opnemen.(de leraar als cultuurparticipant, als partner van ouders, als lid van een schoolteam, als lid van de onderwijsgemeenschap). Bij deze stage horen ook verplichte opdrachten (verkennen van concretisering vernieuwing secundair onderwijs, periodeplanning, activerende werkvormen, feedback geven, teamwerking, …).

Wanneer de schoolstage voor beide onderwijsvakken niet op eenzelfde moment gebeurt (bv. tijdens twee verschillende academiejaren) dan dient het gehele pakket opdrachten schoolstage opnieuw te worden uitgevoerd (toegespitst op het huidig onderwijsvak).

  • Lesmateriaal wordt persoonlijk uitgewerkt. Dit kan ook in coteaching, met vermelding van namen co-teachers.
  • Een lesvoorbereiding wordt minstens de laatste dag voor de stagedag opgeladen in het digitaal portfolio bij het betreffend vak. Wanneer de les niet wordt opgeladen, kan de stage worden stopgezet.
  • De mentor beschikt tijdens de eigenlijke stageles over een definitief uitgewerkte lesvoorbereiding. Wanneer er geen lesvoorbereiding beschikbaar is, kan de stage worden stopgezet.
  • Elke stage-ervaring wordt ondersteund door reflectiegesprekken. Dit kan via een begeleidingsgesprek met een mentor, en/of stagebegeleider of supervisie. Aanwezigheid op de supervisiesessies is verplicht.
  • Alle documenten die nodig zijn bij het correct uitvoeren van een stage (voor, tijdens, na)worden in het digitaal portfolio geplaatst volgens de vooropgestelde afspraken. De deadlines (zie kalender stage) worden gerespecteerd.
  • De verschillende opdrachten zijn beschreven in opdrachtenfiches.

Evaluatieactiviteiten

Biologie: Schoolstage (B-ODISEE-O71435)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Procesevaluatie

ExamenmomentBeoordelingsschaal
TOTAAL1-20/20 puntenschaal

De evaluatie gebeurt op permanente wijze d.w.z. gedurende het hele academiejaar, op basis van stagebezoeken, evaluaties van de stagementoren, opdrachten zelfstandige stage, feedbackdocument zelfstandige stage, gesprekken met de stagementoren, portfolio en andere voor het synthese rapport relevante informatie. De eindevaluatie gebeurt door de stagebegeleiders van de hogeschool op basis van alle gegevens, verzameld over de verschillende stageperiodes heen.

De competenties van het OPO zelfstandige stage moeten worden bereikt op voldoende wijze. Wanneer min één of meerdere breekpunten niet worden gehaald, wordt de stage als onvoldoende beoordeeld; ook wanneer de andere competenties als voldoende worden beoordeeld.

Alle nodige stagedocumenten zijn opgeladen, rekening houdend met de afgesproken deadline. Na de deadline kunnen er geen documenten meer worden opgeladen. Wanneer lesvoorbereidingen of opdrachten ontbreken wordt de stage als ‘niet afgelegd’ beoordeeld. Wanneer het stageportfolio onvolledig is (bv. reflectie, synoptische lijst,…) of er zijn andere administratieve onnauwkeurigheden, dan kan de stage als ‘niet afgelegd’ worden beoordeeld. Ook wanneer de stage-overeenkomst ontbreekt, wordt de stage als NA (niet afgelegd) beschouwd.

Studenten met een examencontract dienen contact op te nemen met de OPO-coördinator.

Lessen die niet kunnen gegeven worden, of opdrachten die niet werden gemaakt (ook wegens ziekte), moeten worden ingehaald binnen een afgesproken tijd). Dit moet steeds worden besproken met stagebegeleiders en stagecoördinator. Alle vooropgestelde stages moeten worden gelopen in de daartoe voorziene stageperiodes. Een student kan dit niet naar eigen goeddunken plannen.

Elke les wordt formatief beoordeeld vanuit de competenties van de derde opleidingsfase door een mentor en/of stagebegeleider van de hogeschool. Dit wordt meestal ondersteund door een lesverslag of door de mentor, of door de stagebegeleider. Bij het einde van elke stage vult de vakmentor een eindbeoordelingsdocument in met kwalitatieve feedback over het lesgeven.
De stagebegeleiders van de hogeschool beoordelen na een stageperiode de gemeenschappelijke (zie competenties stage) en vakspecifieke competenties op basis van de geziene les, de lesbeoordelingen van mentoren, het gesprek met de vakmentoren en mentorcoach en het digitaal portfolio.

Het zelfstandig traject van schoolstage (het verkennen van de klasoverstijgende rollen + ingroei-opdrachten) wordt opgevolgd door één stagebegeleider. Dit wordt ook opgevolgd of door de mentorcoach van een stageschool of een mentor. Bij het einde van de stage is er een feedbackgesprek tussen de stagiair en de mentorcoach. De student bereidt dit gesprek voor. Hij beschrijft op welke wijze en in welke mate hij de doelen van de zelfstandige stage heeft bereikt. De student bezorgt dit verslag min. één dag voorafgaand aan de begeleider van de stageschool. Ze bespreken samen het verloop van de stage. De mentor vult het verslag desgewenst aan. De student plaatst dit document in zijn portfolio. De stagebegeleider van de hogeschool (zelfstandige stage) heeft vervolgens een gesprek over de zelfstandige stage met de student. Hij/zij bepaalt op basis van dit verslag en alle opdrachten het punt voor het zelfstandig functioneren.

Na de stages:
De stagebegeleider-pedagoog en stagebegeleiders van het onderwijsvak  beoordelen de gemeenschappelijke competenties op basis van het stagebezoek en/of het portfolio. Deze beoordeling wordt kwalitatief besproken in de didactische stage van het onderwijsvak. Dit resultaat telt mee voor 70% van het eindresultaat.
De stagementor reikt de nodige elementen aan op basis van de feedback aan de student, maar de stagebegeleiders interpreteren deze rapportering, formuleren conclusies en zetten ze om in een cijfer. De opleiding draagt de eindverantwoordelijkheid m.b.t. de eindevaluatie.

30% wordt bepaald door de  beoordeling van de stagebegeleider van de schoolstage (zelfstandig functioneren op de stageschool / opdrachten). Met het oog op het bepalen van dit deelcijfer worden de opdrachten en het verslag van het gesprek in acht genomen. Dit punt wordt verrekend in beide onderwijsvakken. Wanneer de student niet slaagt op dit onderdeel, kan het eindpunt niet tot een voldoende leiden.

Er is geen tweede examenkans.